Difficult QT: Difference between revisions

From ECGpedia
Jump to navigation Jump to search
mNo edit summary
No edit summary
Line 1: Line 1:
{{ActiveDiscuss}}
{{authors|
{{authors|
|mainauthor= [[user:Pgpostema|P.G. Postema, MD]]
|mainauthor= [[user:Pgpostema|P.G. Postema, MD]]
Line 8: Line 7:
}}
}}
__NOTOC__  
__NOTOC__  
== Hoe meet je de QT tijd, als het QT segment afwijkt van normaal?==
[[Image:Surawicz.jpg|thumb| Dr Surawicz, is one of the inventors of the tangent mehod<cite>Lepeschkin</cite>. This picture was taken in November 2006, when he was 89 years old and still active.]]
__NOTOC__
The ST segment can present itself in many variants and sometimes this makes it difficult to determine the end of the QT interval. Here you will find some examples of 'difficult' QT segments and how the measure them.
[[Image:Surawicz.jpg|thumb| Dr Surawicz, een van de uitvinders van de raaklijnmethode<cite>Lepeschkin</cite>. Ten tijde van deze foto van november 2006 was hij 89 jaar oud en nog actief.]]
Bij sommige varianten van het QT interval is het soms lastig om de QT tijd te meten. Hieronder staan een aantal voorbeelden van afwijkende QT vormen, met daarbij een beschrijving hoe het QT interval gemeten moet worden.


Over het meten van lastige QT tijden verschillende cardiologen onderling van mening. Lepeschkin beschreef als eerste de hieronder gebruikte raaklijnmethode (raaklijn = tangent in het engels), die ook in het AMC gebruikt wordt. <cite>Lepeschkin</cite> Een andere veelgebruikte methode meet de QT tijd tot het punt waar de T top de basislijn raakt.
Some controversy exists among cardiologists about when the end of the T wave. Lepeschkin was the first to describe the tangent method that is described in this chapter, and which is addored by most QT specialists.<cite>Lepeschkin</cite> Others allways measure the end of the T wave where it rejoins the baseline, which will often result in longer QT intervals.


===Algemene richtlijnen:===
===General considerations===
* Het meten van de QT-tijd doe je in afleiding II, in deze afleiding is de invloed van een eventuele U-golf op de T-golf het kleinste. Mocht afleiding II niet geschikt zijn dan is er eventueel voor te kiezen om afleiding V4 of V5 te gebruiken.
* The QT interval should be measured in lead II, because the influence of a possible U-wave are smallest in this lead. If lead II is cannot be used for measurements, than leads V4 or V5 can be used alternatively.
* Trek een lijn door de basislijn; dat is de horizontale lijn van het ECG. Als de basislijn een golvende beweging maakt is dit lastig, te veel beweging maakt het betrouwbaar meten van de tijden onmogelijk, bij lichte bewegingen probeer je zo netjes mogelijk een lijn te trekken, vaak is een lijn door het stukje tussen de p-top en het QRS complex een goede keuze.
* Draw a line through the baseline. This is the horizontal line between the P wave and QRS complex. If PTa depression is present, the T - P segment is used alternatively. If there is baseline drifting, it can be difficult to determine the proper baseline and measurements will be less accurate.  
* Trek een raaklijn over het steilste laatste deel van de T-golf. Wanneer de T-golf uit twee positieve of negatieve delen bestaat (alsof het kamelenbulten zijn) dan kies je de golf met de grootste amplitude van de twee voor het trekken van de raaklijn, wanneer de T-golf een positief deel en een negatief deel heeft (of andersom) dan kies je ook de golf met de grootste amplitude (zie voorbeeld 3, hierbij heeft de eerste van de twee delen van de T-top de grootste amplitude en wordt dus gebruikt voor het trekken van de raaklijn).  
* Draw a tangent against the steepest part of the end of the T wave. If the T wave has two humps (as in a camel back), the tallest hump should be picked. If the T wave has a positive and negative hump (or the other way around), the hump with the largest amplitude should be picked (see third example, the first hump has the largest amplitude and should be picked to draw the tangent).  
* Het QT interval begint bij het begin van het QRS complex: het begin van de eerste deflectie (positief of negatief) van het QRS complex.
* The QT interval starts at the beginning of the QRS complex: the beginning of the first deflection (either positive of negative) of the QRS complex.
* Het QT interval eindigt waar de raaklijn van de T top de basislijn kruist.
* The QT interval ends where the tangent and the baseline cross.
* De QT tijd is het aantal miliseconden tussen het begin en het einde van het QT interval.
* The QT interval is the time in milliseconds between the start and end of the QT interval.
* If the QRS interval exceeds 120 millisseconds, than some specialists advice to deduct the amount of milliseconds that exceeds 120





Revision as of 14:01, 27 July 2007

Author(s) P.G. Postema, MD
Moderator P.G. Postema, MD
Supervisor
some notes about authorship
Dr Surawicz, is one of the inventors of the tangent mehod[1]. This picture was taken in November 2006, when he was 89 years old and still active.

The ST segment can present itself in many variants and sometimes this makes it difficult to determine the end of the QT interval. Here you will find some examples of 'difficult' QT segments and how the measure them.

Some controversy exists among cardiologists about when the end of the T wave. Lepeschkin was the first to describe the tangent method that is described in this chapter, and which is addored by most QT specialists.[1] Others allways measure the end of the T wave where it rejoins the baseline, which will often result in longer QT intervals.

General considerations

  • The QT interval should be measured in lead II, because the influence of a possible U-wave are smallest in this lead. If lead II is cannot be used for measurements, than leads V4 or V5 can be used alternatively.
  • Draw a line through the baseline. This is the horizontal line between the P wave and QRS complex. If PTa depression is present, the T - P segment is used alternatively. If there is baseline drifting, it can be difficult to determine the proper baseline and measurements will be less accurate.
  • Draw a tangent against the steepest part of the end of the T wave. If the T wave has two humps (as in a camel back), the tallest hump should be picked. If the T wave has a positive and negative hump (or the other way around), the hump with the largest amplitude should be picked (see third example, the first hump has the largest amplitude and should be picked to draw the tangent).
  • The QT interval starts at the beginning of the QRS complex: the beginning of the first deflection (either positive of negative) of the QRS complex.
  • The QT interval ends where the tangent and the baseline cross.
  • The QT interval is the time in milliseconds between the start and end of the QT interval.
  • If the QRS interval exceeds 120 millisseconds, than some specialists advice to deduct the amount of milliseconds that exceeds 120


Het corrigeren van de QT-tijd voor de hartfrequentie.

  • De QT-tijd wordt vaak gecorrigeerd voor de hartfrequentie omdat bij een hogere hartfrequentie de QT-tijd korter moet worden, dit heet de QTc-tijd (corrected QT time)
  • Wanneer je zo precies mogelijk de QT-tijd wilt vaststellen gebruik je Bazett's formule: Formule QTc.png, waarbij het RR interval in seconden (!) wordt gegeven. Daarbij gebruik je de QT tijd van een complex samen met het RR interval van dat complex en het voorafgaande complex.
  • Bovendien gebruik je het liefst het gemiddelde van drie gecorrigeerde QT tijden.
  • Bereken hier de QTc:<flash>file=QTc.swf|width=200|height=135|quality=best|align=right|bgcolor=#FFF5F5</flash>


Voorbeelden

De T-top is hier breed, maar de raaklijn raakt al eerder de basislijn. De QT tijd is daardoor korter.
Het signaal keert na het einde van de T-top niet terug naar de basislijn. Toch moet de QT tijd gemeten worden waar de raaklijn de basislijn ontmoet.
De T-top is bifasisch. De raaklijn aan uitslag met de maximale amplitude wordt gebruikt. Dit kan per afleiding verschillen.


Referenties

  1. LEPESCHKIN E and SURAWICZ B. The measurement of the Q-T interval of the electrocardiogram. Circulation. 1952 Sep;6(3):378-88. DOI:10.1161/01.cir.6.3.378 | PubMed ID:14954534 | HubMed [Lepeschkin]

<analytics uacct="UA-807577-6"></analytics>